‘Samenredzaamheid nodig in plaats van zelfredzaamheid’

Samenredzaamheid moet in de plaats komen van zelfredzaamheid. We maken niet genoeg gebruik van de bereidheid van mensen om voor elkaar te zorgen. Als het aan Jan Smelik, initiatiefnemer van Austerlitz Zorgt ligt, moet elk dorp of wijk een eigen woonzorgvoorziening krijgen.

Jan Smelik, is op vele manieren actief in de zorg. Als partner in een marktonderzoeksbureau, lid van de Kwaliteitsraad en als adviseur van lokale woonzorg initiatieven. Dat worden er steeds meer. Het gaat inmiddels om bijna 1000 initiatieven, schat hij.

In 2012 heeft met een aantal inwoners Austerlitz Zorg opgericht met als doel om oudere inwoners zo lang mogelijk in het dorp te laten wonen. ‘Je hebt een gezamenlijk gevoel van urgentie nodig. Bij ons was dit dat oude dorpsgenoten moesten verhuizen naar een zorginstelling buiten het dorp en korte tijd later overleden.’ In 2025 moet het dorp ‘levensloopbestendig’ zijn.

Austerlitz Zorgt is een coöperatie waarvan 45% van de inwoners lid is en die fungeert als WMO-loket voor de gemeente. De coöperatie regelt welzijn, het sociale domein en gezondheidszorg, met twee mensen in dienst, een dorpsondersteuner voor het sociale domein en een wijkverpleegkundige. Verder kan de coöperatie terugvallen op een praktijkondersteuner van de huisarts en een grote groep vrijwilligers en mantelzorgers. ‘De tevredenheid onder de leden is hoog en de sociale cohesie is versterkt. We hebben de laagste eenzaamheid van ouderen in Zeist,’ zegt Smelik.  Later dit jaar wordt een woonzorgvoorziening geopend in de vorm van een multifunctioneel gebouw. 

Kijkend naar de staat van de gezondheidszorg in ons land stelt Smelik dat de uitdagingen groot zijn. Met name kwetsbare burgers komen steeds meer in de knel. ‘Ik heb daar geen panacee voor maar ik vind wel dat de basiszorg anders georganiseerd kan worden. Nu gaan we puinruimen op het moment dat mensen ziek worden. De community wordt enorm onderschat. We moeten de basiszorg (informele zorg, nuldelijns en eerste lijnszorg) beter organiseren.’

Dat begint volgens hem bij een goede sociale infrastructuur met ontmoetingsplekken voor mensen. Verder zou er één loket moeten komen voor vragen over gezond leven met goede coördinatie over alle domeinen heen. ‘Elk dorp of wijk moet zijn eigen woonzorgvoorziening krijgen. Dan houd je het ondersteunende netwerk in stand. En er moet één doel zijn: een vitale wijk creëren. Daarvoor is ook nodig dat je kijkt of we binnen het stelsel met andere financieringsvormen kunnen werken. Met Austerlitz Zorgt lopen we tegen allerlei belemmeringen aan.  Wil je dit goed organiseren, dan moet je centen bijleggen uit andere systemen.’

Hij bepleit meer investeringen in ‘voorzorg’. ‘We moeten veel meer af van het adagium van zelfredzaamheid. Voor 30% van de Nederlanders lukt dat niet. Je moet van ‘zelfredzaamheid’ naar ‘samenredzaamheid’. Dat kan op allerlei manieren worden georganiseerd; in dorpen, wijken of in straten zoals bij de ‘lief en leed straten’ in verschillende steden waar buren extra op elkaar letten. De initiatieven laten zien dat je vanuit het systeem daarop kunt aansluiten.’